Cabanga! is een snel en luchtig kaartspel met een scherp randje voor de hele familie. Het is ontworpen door Michael Modler en uitgegeven door 999 Games.
Het is een spel voor drie tot zes spelers een duurt zo’n twintig minuten tot een half uur.
In Cabanga! wil je zo snel mogelijk je hand met kaarten wegspelen. De kaarten die je over hebt aan het einde van de ronde leveren je minpunten op. De speler die de minste minpunten heeft, nadat iemand achttien minpunten heeft gehaald, wint het spel.
Hoe werkt Cabanga!?
Op tafel liggen vier rijkaarten in verschillende kleuren: rood, blauw, geel en paars. Aan elke zijde van deze rijkaarten wordt een startkaart geplaatst, die de basis vormt voor twee aflegstapels per kleur. Op deze startkaarten staan nummers, zoals een drie aan de linkerkant en een veertien aan de rechterkant van de gele startkaart.
Elke speler krijgt acht kaarten gedeeld. Die kaarten zijn in een van de vier kleuren en ze hebben een waarde, van een tot achttien.
Tijdens je beurt speel je een kaart in de rij van de bijpassende kleur en kies je welke van de twee aflegstapels je wilt gebruiken. Maar pas op! Je creëert hiermee een gat, en hier wordt het leuk. Als jouw medespelers kaarten in dezelfde kleur hebben en die in dat gat passen, dan kunnen ze “Cabanga!” roepen en hun kaarten naar jou gooien!
Leg je bijvoorbeeld een gele acht op de linkse startkaart bij geel, de drie dus, dan ontstaat er een gat van acht tot veertien. Spelers kunnen zo de gele zeven, acht, negen tot en met dertien naar jou toegooien.
Voor elke kaart die naar je wordt toegegooid moet je een kaart van de trekstapel trekken.
Daarnaast krijg je ook een stafkaart als je dezelfde kleur kaart speelt als je speler die voor jou aan de beurt was.
De ronde eindigt wanneer iemand al zijn kaarten heeft uitgespeeld of weggegooid en niemand meer ‘Cabanga!’ roept. Na enkele rondes, waarbij je telkens je minpunten bijhoudt, bereikt iemand de achttien minpunten en de speler met de minste negatieve punten is de winnaar!
Review van Cabanga!
Kaarten met kleuren, getallen en zo snel mogelijk je hand leegspelen. Dat zijn niet echt vernieuwende spelmechanismen. Zelfs het creëren van zogenoemde gaten tussen twee getallen, dat hebben we ook wel vaker gezien. Maar de combinatie van die elementen is in Cabanga! zo leuk!
Je probeert je hand leeg te spelen en je wilt in principe dus een zo klein mogelijk gat maken waardoor de kans op een ‘Cabanga!’ ook zo klein mogelijk blijft.
Dus je moet de rest een beetje pijlen. Wanneer wordt wel ‘Cabanga!’ geroepen, wanneer juist niet, welke kaarten zijn al gespeeld en welke kaarten heb jij nog op hand. Met die informatie moet je een beetje proberen in te schatten welke kaart voor jou de beste keuze is om uit te spelen.
Proberen zeg ik dan, want er komt natuurlijk ook een dosis geluk bij kijken, want spelers zijn ook continue nieuwe kaarten aan het trekken wat alles helemaal uitdokteren onmogelijk maakt. Wat het ook wel extra spannend maakt.
Soms moet je ook gewoon een gokje nemen. Zeker aan het einde van een ronde komt het regelmatig voor dat het gewoon een kwestie is van ‘gaan met die banaan’ en hopen op het beste.
De spelers zelf hebben ook zelf invloed op hoeveel tijd iedereen krijgt om ‘Cabanga!’ te roepen. Meestal wil je wel even wachten hoor, zodat iedereen nog goed kan kijken of de speler die voor jou aan de beurt was nog in aanmerking komt voor een ‘Cabanga!’, maar misschien, heel misschien wil je wel gebruik maken van het verrassingselement.
Conclusie
Cabanga! is een vernuftig kaartspelletje met eenvoudige regels voor het hele gezin.
Je hand leeg spelen, dat kennen we. Je kunt altijd een kaart spelen, dat is het probleem niet, maar wanneer je welke kaart speelt kan dat wel zijn. Er zit een dosis geluk in dit spel, maar door goed te kijken naar de kaarten in je hand, de kaarten die op tafel liggen en een beetje onthouden wat andere spelers hebben gespeeld (of juist niet hebben gespeeld) ontstaat er een heerlijk tactisch steekspel.
Dit zorgt voor een fijne en ongedwongen spelervaring voor elk moment.
Ik heb deze spelbespreking geschreven na het spelen van 4 potjes van het spel. Handig om te weten, toch? Zo kun je zelf inschatten of je dat genoeg vindt om er bepaalde conclusies uit te trekken.
In bovenstaande schaal is:
1 ster – Helemaal niet leuk. Het spel heeft aanzienlijke gebreken of problemen.
2 sterren – Heel weinig spelplezier. Tal van problemen beïnvloeden de algehele ervaring.
3 sterren – Ondermaats. Enig plezier, maar genoeg ruimte voor verbetering.
4 sterren – Neutraal/Matig leuk. Redelijk spel, maar het mist uitzonderlijke elementen.
5 sterren – Best leuk. Een solide spel met genoeg boeiende spelelementen.
6 sterren – Zeer leuk. Veel spelplezier, goed ontworpen en met een aantal noemenswaardige spelelementen.
7 sterren – Extreem leuk. Een must-play, een bijna perfecte ervaring!
