In PANDA, ontworpen door Adrie Drent en uitgegeven door Jolly Dutch, bevinden spelers zich in het Giant Panda National Park. Het doel is om een prachtig park te creëren voor je dieren, maar hoe meer dieren het park aantrekt, hoe groter de kans dat roofdieren toeslaan.
De spelers bouwen samen een park van kaarten in het midden van de tafel. Ze moeten slim prooi- en roofdierkaarten plaatsen om uiteindelijk de meeste punten te scoren en te winnen. Prooidierkaarten leveren direct punten op, terwijl roofdieren pas aan het einde van het spel worden gescoord. Na vier rondes worden de totale punten geteld, en de speler met de meeste punten wint het spel.
Hoe werkt PANDA?
In PANDA is het doel om de meeste punten te scoren door prooidierkaarten en roofdierkaarten in het Giant Panda National Park te plaatsen.
Elke speler ontvangt tien roofdierkaarten in hun eigen kleur en twee puntenkaarten. De waterkaarten vormen de startopstelling van het park en kunnen op verschillende manieren worden geplaatst. Na het schudden van de prooidierkaarten wordt er een trekstapel gemaakt. Vervolgens wordt een startspeler gekozen.
PANDA bestaat uit vier rondes. Elke ronde heeft twee fases: kaarten doorgeven en kaarten plaatsen. In de eerste fase trekken spelers kaarten van de trekstapel. Ze geven een aantal kaarten door aan hun buur en behouden zelf enkele kaarten. Hoeveel kaarten je doorgeeft en hoeveel je houdt, is afhankelijk van het aantal spelers.
In de tweede fase plaatsen spelers om beurten prooidier- of roofdierkaarten in het park. Ze kunnen kiezen uit de prooidierkaarten in hun hand of een van de roofdierkaarten uit hun persoonlijke stapel. Iedereen begint met dezelfde roofdieren, maar je kunt ze niet allemaal inzetten.
De kaarten moeten aangrenzend aan bestaande kaarten worden geplaatst en mogen elkaar niet overlappen. Je mag echter wel naast en op de helft van de lange kant van een andere kaart plaatsen, vergelijkbaar met een piramide. Elke speler mag per ronde maximaal twee roofdierkaarten plaatsen.
Je moet zelf inschatten wanneer je welk type kaart wilt uitspelen. Je speelt in ieder geval al je prooidierkaarten uit.
Wanneer een speler een prooidierkaart plaatst, scoort deze speler direct punten. Roofdierkaarten worden pas aan het einde van het spel gescoord. Op elke kaart staan icoontjes die aangeven waar je punten voor scoort.
Een hinde krijgt bijvoorbeeld een punt als deze aan water ligt en een punt als deze naast een andere hinde ligt. Daarnaast krijgt een hinde twee punten als deze naast een hert (mannetje) wordt gelegd. Een vis wil graag naast water en andere vissen liggen, bijvoorbeeld.
Roofdierkaarten leveren dus pas punten (of minpunten) aan het einde op. Een beer, bijvoorbeeld, krijgt punten voor de bossen en voor de vissen naast hen. Daar heb je nog even de tijd voor, als je deze vroeg op tafel legt.
Het spel eindigt na vier rondes. Daarna worden de totale punten geteld. De speler met de meeste punten wint het spel.
Review van PANDA
PANDA ziet er ten eerste leuk uit met al die diertjes; je hele tafel ligt vol. Toch voelt het alsof de dieren niet echt één geheel zijn of uit dezelfde leefomgeving komen als ze op tafel liggen. Vooral de panda, de hoofdpersoon en een van de ‘roofdieren’ in dit spel, lijkt thematisch het onderspit te moeten delven.
De symbolen zijn in het begin even wennen, maar ze werken prima. Het spel speelt vlot en is vooral leuk om te doen.
Tijdens het draften bekijk je waarmee je denkt punten te scoren. Tijdens de ronde is het een kwestie van inschatten of je bij je initiële idee moet blijven of moet profiteren van nieuwe kansen. Prooidieren zijn goed voor de korte klappen, terwijl roofdieren meer zijn voor de lange adem. Het is heerlijk puzzelen.
Het gevoel van het spel verandert met het aantal spelers. Bij twee spelers heb je meer controle, zowel tijdens het draften als bij de invulling van het gezamenlijke park. Het park verandert minder tegen de tijd dat je weer aan de beurt bent.
Bij vier spelers is het daarentegen chaotischer en interactiever, wat meer dan bij een spel met twee zorgt voor een ‘lekker pesten’-aspect. Het park verandert meer voordat je aan de beurt bent, wat ook leidt tot meer onverwachte kansen om van te profiteren.
Duidelijk is dat de interactie vooral zit in het draften van de kaarten en het leggen van kaarten op plekken waar je tegenstander dat ook graag zou willen.
Conclusie
Al met al biedt PANDA een dynamische en (vooral) tactische speelervaring. Of je nu met twee, drie of vier spelers speelt, het spel blijft leuk, met volop mogelijkheden om je tegenstanders te slim af te zijn.
Ik heb deze spelbespreking geschreven na het spelen van 3 potjes van het spel. Handig om te weten, toch? Zo kun je zelf inschatten of je dat genoeg vindt om er bepaalde conclusies uit te trekken.
In bovenstaande schaal is:
1 ster – Helemaal niet leuk. Het spel heeft aanzienlijke gebreken of problemen.
2 sterren – Heel weinig spelplezier. Tal van problemen beïnvloeden de algehele ervaring.
3 sterren – Ondermaats. Enig plezier, maar genoeg ruimte voor verbetering.
4 sterren – Neutraal/Matig leuk. Redelijk spel, maar het mist uitzonderlijke elementen.
5 sterren – Best leuk. Een solide spel met genoeg boeiende spelelementen.
6 sterren – Zeer leuk. Veel spelplezier, goed ontworpen en met een aantal noemenswaardige spelelementen.
7 sterren – Extreem leuk. Een must-play, een bijna perfecte ervaring!